admin

Boos

Sjonge, wat zijn wij gelukkig in Nederland.  Er zijn maar 4 landen in de wereld waar de mensen nog gelukkiger zijn dan hier. Dat staat in het Wereldgeluksrapport van de Verenigde Naties dat afgelopen week verscheen.  Maar als je naar buiten kijkt, zie je alleen maar boze mensen. De temperatuur loopt hoog op  in ons kouwe kikkerlandje. De conducteurs en de buschauffeurs zijn boos, omdat ze helemaal geen zin hebben om tot hun zevenenzestigste te blijven werken. De politieagenten zijn het daarmee eens en zijn ook boos. De meesters en juffen zijn boos, omdat ze te weinig verdienen en omdat ze meer collega’s willen. De zusters in het ziekenhuis en verpleeghuis kunnen geen praatje meer maken met de patiënten, want geen tijd.  Zusters boos en patiënten boos. Ik zag massa’s mensen in de stromende regen van de Dam in Amsterdam naar het Museumplein marcheren. Ze zongen wel, maar ze waren niet blij. Ze waren boos, dat kon je lezen op de borden en spandoeken die ze meedroegen. “Het gaat helemaal mis met de wereld. Het wordt veel te warm. En dat is de schuld van de regering. Die doet veel te weinig.” Thierry Baudet is juist boos, omdat de ministers veel te veel  willen doen aan het klimaat. Dat heeft geen enkele zin. En als Thierry het zegt dan is dat zo, vinden heel veel boze mensen met hem. Bovendien hoorde ik Thierry zeggen dat het de schuld van Rutte en zijn vrienden is, dat er in Utrecht drie mensen zijn doodgeschoten.  En dan gaat Freek de Jonge op het feestje van de Boekenweek  helemaal uit zijn plaat, omdat Thierry zulke domme dingen zegt.

Gelukkig hebben we in Nederland de Stichting Ideële Reclame (SIRE), die begin deze maand een campagne is gestart: #DOESLIEF. Staan we misschien volgend jaar ook nog op de vijfde plek van de Wereld-geluksthermometer.

Boos Meer lezen »

Roon de tuinman

Als u de komende dagen een man tegenkomt waarbij u denkt, “dat is toch Roon? Wat loopt hij raar”, dan moet u daar geen verkeerde gedachten bij hebben. Ik ben het inderdaad en ik zal mij de komende dagen waarschijnlijk een beetje raar voortbewegen. Dat komt zo:

Afgelopen zondagmiddag regende het eens een keertje niet, er scheen zelfs een flauw zonnetje. Tijd voor een klusje in de tuin. Mijn vrouw heeft op internet gelezen dat het pluimgras in het voorjaar tot net boven de grond afgeknipt moet worden. En als de plant te groot wordt, kan je hem splitsen. Ons pluimgras is groot. Veel te groot voor een stadstuintje. Geïnspireerd door de TV-reclames van Hornbach en Kornuit, trek ik mijn tuinhandschoenen aan. Met heggenschaar, spa en snoeischaar ga ik het vlijmscherpe gras te lijf. Allemachtig, het blijkt geen klusje, maar een heus project. Het pluimgras geeft zich niet zomaar gewonnen. Maar Roon is een doorzetter, dat weet u. Hij gaat door tot het gaatje. Na een dik uur vrij worstelen met gras en kluit is de klus geklaard. Voldaan neem ik plaats op het tuinbankje en drink een bakkie. Als ik opsta, weet ik hoe laat het is. De komende dagen zal mijn gevoelsleeftijd een stuk hoger liggen dan mijn dan mijn biologische.

Roon de tuinman Meer lezen »

Demonstraties

In Amsterdam kwam ik afgelopen zaterdag per ongeluk terecht in de “Intersectionele vrouwenmars”. Een lange stoet vrolijke mensen die een boel herrie maken. Ik heb even opgezocht wat nu precies de bedoeling was van al deze vrolijke mensen. Ze demonstreerden tegen onderdrukking. “Het gaat in 2019 niet alleen over vrouwen. Het gaat over ons allemaal (v/m/x). Op elke manier. Omdat alle onderdrukking met elkaar te maken heeft: all oppression is connected”, aldus de organisatie. Dit jaar mogen blijkbaar niet alleen onderdrukte vrouwen meelopen, maar iedereen die zich onderdrukt voelt. Ik denk even diep na en besluit om niet aan te sluiten. Ondanks alle boze teksten op de spandoeken en kartonnen protestborden is het een vrolijke boel. Dat kan ook bijna niet anders, want vooraan de stoet trommelt een Surinaamse drumband er driftig op los. Van onderdrukking lijkt mij in dit geval geen sprake.

Een dag later start er op de Dam in Amsterdam weer zo’n zelfde stoet met boze mensen die een boel herrie maken. Deze keer zijn de deelnemers iets minder vrolijk, want het gaat over het klimaat en dat werkt niet erg mee. Rukwinden en hoosbuien teisteren de stad. Het gaat niet goed met ons klimaat en daar moet de regering iets aan doen. Actie, en wel nu! Ook nu beland ik weer in tussen de demonstranten. Ik kan het ook niet helpen, ik verdien mijn boterham nu eenmaal in de hoofdstad. Ik zie allemaal verkleumde kindertjes om mij heen. Het gevolg van ouders die hun verantwoordelijkheid nemen. Het gaat tenslotte om de toekomst van hun kroost en daar moet je wat voor over hebben. De kindertjes lopen er zielig, een beetje rillend en verzopen bij. De zelfgeknutselde protestborden hebben de regenbuien niet overleefd. Ik denk dat deze jonge demonstranten zich deze protestmars nog lang zullen herinneren. De kindertjes die al een beetje kunnen lezen zullen volgend jaar aan hun ouders vragen om weer naar Amsterdam te gaan. Ze willen graag meelopen met de Intersectionele vrouwenmars, omdat “alle onderdrukking met elkaar te maken heeft”.

 

Demonstraties Meer lezen »

Bloemen

Het is smerig, guur. Regen, wind en de temperatuur is een stuk lager dan de afgelopen dagen. Niet echt weer voor een buitenklusje. Maar iemand moet het doen. Vandaag ben ik vrij.

Het is vier weken geleden dat we mijn vader begraven hebben. Ik ben sinds die dag niet meer op de begraafplaats geweest. De bloemen hebben we achtergelaten op de kist. De linten zaten er nog aan. Hoe zou dat er nu uitzien? Ongeveer zoals het tuintje van mijn vader er de laatste jaren bij lag, denk ik. Niet echt florissant. Maar mijn vader hield zijn tuintje altijd netjes bij. Het was meneer Alzheimer die er zo’n bende van maakte.

Mijn vader kocht elke vrijdag een bosje bloemen voor mijn moeder. Ook na haar dood bleef hij dit doen. Elke week een vers bosje bloemen op haar graf. Nu ligt hij hier zelf ook. Bijgezet in het familiegraf.

De bloemen liggen er nog, maar vers kun je ze niet meer noemen. De steen is nog niet teruggeplaatst. De naam van mijn vader moet er nog ingebikt worden. De tuinhandschoenen gaan aan. Ja, ik ben goed voorbereid. Ik stel de linten veilig en prop de bloemstukken in de grote vuilniszak. Het past allemaal maar net. Een raar klusje, het opruimen van de bloemstukken op het graf van je vader en je moeder. Als ik nog even achterom kijk zie ik alleen nog een klein wit naamplaatje. “J.A. de Niet” staat erop, met de geboorte en sterfdatum en een nummer. De naam van mijn moeder is verdwenen, die denk ik er zelf wel bij. Gelukkig hebben we de foto’s nog. De komende week maar snel contact opnemen met de steenhouwer. Want mooier dan foto’s zijn de herinneringen die je krijgt als je naar de namen van je ouders kan kijken.

Bloemen Meer lezen »

Oude vrienden

Het is altijd een mooie avond. Alles komt voorbij. Vrolijke, verdrietige, belangrijke en volstrekt onbenullige onderwerpen. We bespreken alles.  De teleurstelling van de pap, die niet op de dessertkaart staat, verwerken we als grote mensen. Soms is het beter om je te concentreren op keuzes die wel realistisch zijn, dame blanche of tiramisu.  Oude vrienden die één keer per jaar afspreken in een restaurant, dat levert fijne gesprekken op. Of het door de, voor stadsbegrippen, landelijke ligging van het restaurant komt of door de binnentemperatuur, weet ik niet, maar de opwarming van de aarde blijkt dit jaar een belangrijk thema. De vriendin uit Brabant en ik geloven in strenge maatregelen om de CO2 uitstoot terug te dringen. Mijn vrouw en de vriend van het eiland hebben er ook hun gedachten over, maar concentreren zich op het vlees en de vis. De vriend met de zeilboot heeft tijd en zich derhalve verdiept in de materie. Hij blijkt aanhanger van het Baudet-standpunt: Stop met al die geldverslindende milieumaatregelen, stop met de aanleg van windmolenparken en die zonnepanelen hebben ook niet zo veel zin. Er zit nog zo verschrikkelijk veel gas in de grond, gebruik dat gewoon en geef al die miljarden uit aan andere, nuttige zaken.  We komen er na één avondje discussiëren niet uit. De zeilbootvriend beloofd mij deelgenoot te maken van zijn speurtocht naar de waarheid. We besluiten onze conversatie via mailverkeer voort te zetten.

Als ik u binnenkort op deze plek vertel dat we met al die milieumaatregelen de Gekke Henkie van de wereld aan het worden zijn, dan is de missie van de vriend geslaagd. Dan ben ik om. Ik zal u bestoken met argumenten, en lastig blijven vallen met mijn hernieuwde visie. Bekeerlingen zijn het ergste, dat weet u. Maar vrees niet, ik beloof dat ik niet op Geert of Thierry zal gaan stemmen. Dat blijf ik rare snuiters vinden.

Oude vrienden Meer lezen »

Onvoorwaardelijke liefde

De krant stond afgelopen zaterdag weer vol met dierenliefde. “Mijn goeroe heet Fikkie” staat er boven een paginagroot artikel waarin wordt uitgelegd wat we allemaal wel niet van dieren kunnen leren. Honden, katten en zelfs varkens laten ons zien hoe we gelukkig kunnen worden. In het weekend magazine van de krant gaat het ook over huisdieren. Verschillende mensen vertellen over de onvoorwaardelijke liefde die zij van hun, inmiddels overleden, huisdier kregen. Even was ik in de war. Is het nu al weer 4 oktober? Nee, er staat gewoon 16 februari bovenaan de pagina.

Die onvoorwaardelijke liefde van huisdieren heb ik nooit zo begrepen. Die beestjes vinden ons gewoon aardig, omdat we ze eten geven en de mogelijkheid bieden om te piesen en te poepen als ze nodig moeten. Bij dieren gaat het in het leven maar om een paar dingen. Eten, drinken, piesen, poepen en voortplanten. De lol van het voortplanten gunnen we ze niet, want dat doen ze te pas en te onpas en op momenten dat het ons niet uitkomt.  Dat lost de dierendokter dus voor ons op. Blijft over: eten, drinken, piesen en poepen. Als je de beestjes daar een beetje mee helpt, krijg je liefde terug. Dat is lekker makkelijk. Zo kan ik het ook. Je zou eens moeten kijken wat er gebeurt als je niet met Fikkie naar buiten gaat, omdat het weer eens zeikt van de regen. Ik ben bang dat het dan snel over is met de liefde. Nee, ik ben meer van de mensenliefde. Ook al smeer ik niet haar boterhammetjes en help ik mijn vrouw niet bij de toiletgang, ik krijg toch een aai over mijn bol en een kus op mijn mond als ik, na een dag hard werken, thuis kom. Dat noem ik nog eens onvoorwaardelijke liefde!

Onvoorwaardelijke liefde Meer lezen »

Toekomst

Onrust op een middelbare school in Veenendaal. RTL had samen met de directie vijf nepscholieren ingevlogen om een mooie documentaire te maken. Het kwam uit en de leerlingen zijn boos. Dit soort fratsen pikken zij niet. Het Malieveld liep vol met stakende scholieren omdat zij actie willen. Actie van de regering, omdat het milieu naar de knoppen dreigt te gaan. En dat pikken zij niet. Volgens mij is het 46 jaar geleden dat het Malieveld voor het laatst vol stond met alleen maar  jongens en meisjes. Ik was net te jong, maar mijn oudste broer was erbij. Minister Van Doorn dreigde Veronica uit de lucht te halen. En dat pikken wij natuurlijk niet. Zelf heb ik ook één keer op het Malieveld gestaan. Dat was ongeveer tien jaar na Veronica. We demonstreerden tegen de kruisraketten. Niet dat ik daar nou perse tegen was, maar mijn tweelingbroer was dat wel. Hij dacht toen al wel na over de toekomst. Jammer dat zijn toekomst niet zo lang geduurd heeft, maar dit terzijde. Ik vond het wel cool, zo’n massabijeenkomst. Ik was erbij.

Jongelui die het niet langer pikken, dat is toch mooi. Wat maakt het uit dat je keihard roept dat de kruisraketten de wereld uit moeten, terwijl je geen idee hebt waarom eigenlijk. Wat maakt het uit, dat je heel hard roept dat we minder vlees moeten eten en dat je daarna meteen de McDonald’s inloopt voor zo’n heerlijke Big Mac. Demonstreren maakt hongerig. Staak voor een beter milieu en stap daarna in het vliegtuig voor een fijne vakantie in de zon. Maakt niet uit. Het gaat er om dat je erbij bent. Logisch nadenken komt vanzelf. Dat is iets voor de toekomst.

Toekomst Meer lezen »

Mijn vader

“Het is mooi geweest. Oogjes dicht en klaar.” Een wens van mijn vader, die ik al een paar jaar langs hoorde komen. Zondag 27 januari sloot hij zijn ogen definitief. Klaar, het is mooi geweest. De laatste jaren waren natuurlijk helemaal niet zo mooi, daar heb ik u wel eens over verteld, maar de herinnering aan mijn vader is meer dan die laatste jaren. Mijn herinneringen zijn namelijk prachtig. Een man die mij en mijn broers en zus een onbezorgde jeugd heeft gegeven. Hij deed dat samen met mijn moeder, zijn Tiny. Samen werkten ze keihard voor ons en vergaten ondertussen niet dat er ook nog anderen waren die af en toe een beetje hulp en steun konden gebruiken. Niet opvallen, niet zeuren, hard werken, het goede voorbeeld geven en helpen waar je kan. Niet ver weg, want daar kan je toch niet bij, maar gewoon in de buurt. Zo waren mijn vader en moeder.

Ik herinner mij de vakanties naar Otterlo en Simpelveld. Later ook naar het buitenland. Met de bus natuurlijk, want mijn vader hield niet van autorijden. Eén keer zijn we niet op vakantie gegaan. De keuze was aan de kinderen: Op vakantie of een kleuren TV. Het werd een kleuren TV. We betaalden allemaal mee. De kinderen vijf gulden uit de spaarpot. De rest betaalden Pa en Ma. Zo werd ons bijgebracht dat je niet alles zomaar kunt kopen. Op zondag op visite bij opa en oma. En als je geen zin hebt, dan maak je maar zin. Ik herinner mij de partijtjes voetbal in het Hof en tijdens de familiereünies. Mijn vader kon er niets van, maar voetbalde fanatiek mee. Later begreep ik waarom de trainer mij altijd als links back opstelde. Ik heb het talent van mijn vader. Ik herinner mij het clubhuis, dat wij boven het magazijn mochten inrichten. Tanken met de brommer kon op rekening van de zaak. Maar dan ook meewerken in de winkel, want alleen maar teren op de zak van je vader is er natuurlijk niet bij.

Ik zag hoe mijn vader zich bekommerde om zijn eigen oude vader en moeder en zijn schoonmoeder.  Met zijn winkel was hij belangrijk in de wijk. Kindertjes werden zelfstandig, omdat ze boodschappen mochten doen bij “meneer Nido”, met een briefje. Als je oud en niet zo goed meer ter been was, dan bracht mijn vader de boodschapjes thuis. En als je even krap bij kas zat, dan mocht je volgende week betalen. De wereld verbeteren op de vierkante kilometer. Dat is wat mijn vader altijd gedaan heeft. Het ultieme voorbeeld voor de rest van mijn leven.

 

Mijn vader Meer lezen »

Merkengeil

“Je moet rechtdoor.”

“Ja, ik sta nu al voor linksaf. Dat kan toch ook?”

“Doe maar wat jij wilt.”

Mijn vrouw en ik rijden de enorme parkeerplaats op van Designer Outlet Roermond. Ons weekendje Zuid Limburg beginnen we met een middagje shoppen tussen de grote merken. Het is januari, koud en guur. Binnen blijven en als je echt iets nieuws nodig hebt, doe je dat lekker bij de kachel, via het wereld wijde web, zou je denken. Maar zo werkt dat dus niet. Er zijn er nog een paar die bedacht hebben om een bezoekje te brengen aan dit openluchtwinkelcentrum met Disney-look. Ik kan nog wel een truitje gebruiken en hier schijnt het allemaal voordelig te zijn. Misschien kunnen we eens bij Tommy Hilfiger binnenlopen.  Dat valt nog niet mee. Allemachtig, is het hier gratis of zo?

“Deze is wel leuk.”

“Ligt er nog een S-je?”

“Nog eentje.”

“Wat kost hij?”

“Afgeprijsd, van 139 voor 99.”

“We gaan naar buiten.”

Calvin Klein, Karl Lagerfeld en Hugo Boss laten we links liggen. Bij Nike staan ze in een lange rij voor de paskamers en voor de kassa’s staat nog een langere rij. Hier heb ik geen zin in. Als het zo moet, dan haal ik volgende week gewoon een CenA-tje. Snel weer door. Gelukkig heb ik geen handtas nodig. Bij Gucci moet je buiten op je beurt wachten. Dat is toch geen doen, bij deze temperatuur? In de winkel van G-Star Raw vinden we dan toch waarvoor we gekomen zijn. Leuk prijsje, geen rij voor de kassa en toch een mooi geborduurd merkje rechts boven. Als u mij volgende week met mijn borst vooruit ziet lopen, dan weet u hoe dit komt. Mijn nieuwe trui.

Merkengeil Meer lezen »

Struikelpartij

“Hé Arie, moet je kijken, daar gaat er weer één. Lache man!”

“Welk scherm? Ik zag het niet.”

“Op 4. Stationsplein. Let op, in het midden. Dat mannetje met die rugzak. Kijk, daar gaat hij. Languit. Mooie duik. Ik zeg: acht punten.”

“Ik hoop dat de gemeente die stoeptegels nog een poosje zo laten liggen, dan hebben wij ook nog wat aan ons weekend. Een beetje lachen om de medemens. Moet kunnen.”

“Zo is dat.”

Amsterdam hangt vol met camera’s. Voor de veiligheid. De hele avond naar een batterij schermen kijken zonder geluid en zonder ondertiteling. Dat is saai. Dan is het natuurlijk leuk als er op een zaterdagavond ook eens wat gebeurd. Een vechtpartij is aardig, maar een valpartij kan ook koddig zijn. Zolang er maar geen echte slachtoffers vallen.  Ik neem het die mannen voor de schermen niet kwalijk hoor,  het moet inderdaad een grappig gezicht geweest zijn. Een mannetje dat op zaterdagavond kwart over tien, ineens op zijn plaat gaat, midden in een mensenmassa, die gestaag verder schuift richting station. Het mannetje staat meteen weer op, alsof er niets gebeurd is. Zijn brilletje is scheef, in zijn linkerbroekspijp zit een scheur ter hoogte van de knie en daaronder een grote schaafwond. Boven zijn linker wenkbrauw een streepje bloed. Maar hij loopt weer, dat is voor de mannen achter de schermen het belangrijkste, dan kunnen ze verder waar ze gebleven waren. “Arie, haal jij nog eens koffie. Ik heb net al gehaald.” De volgende dag ben ik toch maar even langs de huisartsenpost gegaan, want de linkerarm deed niet zo lekker mee. “Niets gebroken meneer. Zwaar gekneusd. Blijven bewegen. U mag 8 paracetamolletjes per dag.”

Twee weken en een paar stripjes paracetamol verder doet de arm nog steeds niet wat hij zou moeten doen. De foto in  het ziekenhuis laat zien dat ik gewoon twee weken met een gebroken arm heb rondgelopen. Er hoeft geen gips omheen, want er is al weer aangroei van bot.

Ik heb het altijd al gedacht. Bij de commando’s zou ik het fantastisch doen. Mijn pijngrens verleggen, daar ben ik goed in. Jammer dat mijn motoriek  het steeds weer laat afweten.

Struikelpartij Meer lezen »