admin

Sorry

Het moet maar eens uit zijn met racisme. Dat was de boodschap van al die mensen die ik afgelopen week overal zag demonstreren. Ze waren behoorlijk boos, maar op wie eigenlijk? Op de politie in Amerika? Dat snap ik, maar dan moet je voor de ambassade gaan staan. Op de belastingdienst? De belastingdienst kwam er een jaar of tien geleden achter dat er nogal wat geld naar het buitenland verdween bij mensen met een dubbele of niet Nederlandse nationaliteit. “Maar eens extra controleren”, dachten ze. Ik snap dat wel. Sorry. Zijn ze boos op Sinterklaas en zijn knecht? Inmiddels heb ik daar wel begrip voor. Maar doe eens rustig. Ik ben ook wel eens Zwarte Piet geweest. Sorry. Zijn ze boos op de regering? We leven in een democratie. Je mag stemmen en sommige mensen stemmen nu eenmaal niet op Groen Links. Sorry. Zijn ze boos op de maatschappij? De maatschappij, dat zijn wij, toch? Dus ook boos op mij? Moet ik mijn excuses aanbieden voor mijn verleden, zoals de koning dat pasgeleden deed? Mijn ouders waren lieve, hardwerkende mensen. Ik heb een fijne jeugd gehad. Sorry. Ik ben vroeger nooit gepest. Sorry. Ik woon in een straat met allemaal witte mensen. Sorry. Ik houd niet van de muziek van zwarte rappers. Sorry. Ik word nogal onpasselijk van de quasi boosheid van Akwasi. Sorry. Datzelfde gevoel heb ik trouwens bij de boosheid van Wilders, maar daar hoef ik mij niet voor te verontschuldigen, toch? Ik ben geen fan van burgemeester Halsema. Sorry. Ik vind het raar dat je spandoeken maakt met Engelse teksten, als je in Nederland demonstreert. Sorry. Ik heb een leuke baan. Sorry. Ik heb wel eens een Marokkaanse stagiair naar huis gestuurd, toen hij voor de derde keer te laat kwam. Sorry. Ik vind dat dat niets te maken heeft met discriminatie (hij vond van wel). Sorry. Ik rijd in een zwarte auto. Sorry. Ik ben een witte man. Sorry.

Zullen we nu ophouden met boos zijn? Zullen we allemaal eens naar onszelf gaan kijken? Lach ook eens om jezelf en word niet alleen maar boos op anderen. Laten we gewoon gaan samenleven.

De wolf

Vroeger was alles beter. Als er een wolf een omaatje en haar kleindochter opvrat, dan kwam er een jager om zijn pens open te snijden en de onfortuinlijke dames te redden. Vervolgens werd de buik van de wolf volgestopt met stenen, waardoor hij bij de eerste de beste poging om te drinken in de waterput flikkerde en verzoop. Hetzelfde lot verging de wolf die het lef had om zes van de zeven jonge geitjes op te vreten. Korte metten werd er met wolven gemaakt. We weten dit, omdat de gebroeders Grimm dit begin negentiende eeuw hebben vastgelegd voor het nageslacht. En hoe is het nu?

In Brabant loopt sinds kort een wolf die een waar bloedbad heeft aangericht. In een week tijd beet het beest een stuk of zestig schapen dood. Ik zag een schapenhouder op TV. Hij was de wanhoop nabij. Als de wolf honger heeft en hij kiest een schaapje uit om op te peuzelen, alla. Maar deze wolf vertoont maniakaal gedrag. Het is een psychopathische seriemoordenaar. Hij moord om het moorden. De wolf bijt de arme schaapjes de strot af en gaat door naar zijn volgende slachtoffer. De schapenhouder wist wel een oplossing. De kogel. De gebroeders Grimm wisten in hun tijd ook wel raad met dit soort wolven. Maar tijden zijn veranderd. Wij geloven niet meer in sprookjes. Tegenwoordig geloven wij in de natuur. Maar de natuur in ons land is toch ook niet echt?  In Nederland hebben we duinen, weilanden en parken. Stadsparken en nationale parken. Prachtig allemaal, maar om daar nou een wolf in te laten rondlopen? Een wolf die dood er verderf zaait. De methoden van de gebroeders Grimm zijn wreed. Doodschieten mag niet. Opsluiten wel. Dat doen we in Nederland met alle moordenaars. Achter de tralies met dat beest! Dat hoeft van mij heus niet in een hok van twee bij twee. De Oostvaardersplassen, daar staat een flink hek omheen.  Sneu voor de hertjes, maar goed voor de schaapjes en voor de natuur.

Annechien

Dat was schrikken. Het duurde wel even voordat ik in de gaten had wat er aan de hand was. Maar toen ik het door had, schrok ik mij kapot. Het was Annechien. Annechien Steenhuijzen van het Acht Uur Journaal. Annechien was Annechien niet meer. Is het u ook opgevallen? Het was afgelopen vrijdag. Annechien was haar prachtige benen kwijt. Die benen, waarmee zij altijd zo elegant door het beeld flaneert, op die enorme stiletto’s. Het nieuws werd ineens gelezen achter een lompe desk. Rob Trip achter een desk vind ik prima. Astrid Kersseboom en Simone Weijmans mogen van mij ook zonder benen in beeld. Geen probleem, misschien wel beter. Maar van de benen van Annechien moet je afblijven. Wie zat hier achter? Zou het een feministisch actiefront zijn? Of zijn het de Islamieten die hoofdredacteur Marcel Gelauff onder druk hebben gezet? Is dit de zoveelste corona-maatregel? Een advies van die duivelse Jaap van Dissel? Het zou natuurlijk ook uit de koker van meneer Gelauff zelf gekomen kunnen zijn.  Gewoon weer eens tijd voor iets anders. Een beetje vernieuwing. Het zweet brak mij uit. Annechien las het nieuws even professioneel als altijd. De afgelopen dag werden er 9 mensen met corona opgenomen in het ziekenhuis. Er waren 13 mensen overleden en het aantal mensen op de IC daalde met 3. Reuze interessant allemaal, maar het drong niet tot mij door. Hoe moet dit verder?  Ik dacht eraan om een daad te stellen. Een boycot! Voor de goede zaak zal ik mijn principes overboord zetten. In huize De Niet staat voortaan het RTL Nieuws aan. Ik zal mijn familie, vrienden en collega’s oproepen mijn voorbeeld te volgen. De kijkcijfers zullen dramatisch dalen. Dat zal die Gelauff leren. Ik zou een petitie kunnen starten. LAAT ANNECHIEN WEER LOPEN! Ik moest iets doen.

Het was Annechien zelf die mij van mijn angstbeelden verloste. Vlak voordat zij het woord gaf aan de weerman, vertelde ze met haar zwoele stem, dat ze door technische problemen tijdelijk gebruik moest maken van een andere studio. Opgelucht heb ik die avond een flesje wijn open getrokken.

Songfestival

Heeft u ook gekeken naar het corona-alternatief voor het songfestival, Eurovision: Europe Shine A Light? Binnen twee uur werden alle 41 deelnemers er doorheen gejast. Goede formule, want er zat weer een boel ellende tussen. Een halve minuut per inzending met daarna nog een paar zinnen van de deelnemers, dat is nog wel te doen. Ik weet nu, dat muziek verbindt, dat de artiesten van mij houden en dat ik gezond moet blijven. Het geheel werd doorelkaar gepraat door mister songfestival, Cornald Maas. Hij zat eenzaam en alleen in zijn commentaarhokje. Zijn maatje Jan Smit was gepromoveerd tot gastheer van het programma. Jan is niet helemaal lekker uit zijn burn-out gekomen. Wat zag die jongen eruit! Samen met Johnny, Edsilia en Chantal mocht hij ook nog een paar regels zingen. Dat had hij beter niet kunnen doen. Ik ben toch al niet zo’n fan van de Palingsound, maar “What’s Another Year” moet je niet door Volendammers laten zingen, dat moet je overlaten aan Ieren. Of aan Chantal Janzen. Want Chantal kan alles. Chantal is de reden dat ik twee uur van mijn leven wil vergooien, naar de cynische grapjes van Cornald Maas wil luisteren en naar filmpjes van mooie steden wil kijken, waar ik voorlopig toch niet naar toe mag. Het zal u duidelijk zijn, ik heb niet zo veel met het songfestival. Sinds Vicky Leandros niet meer meedoet ben ik afgehaakt. De Griekse schone kwam twee keer uit voor Luxemburg. De eerste keer in 1967. Daar heb ik geen herinnering meer aan. Maar in 1972 zong ze Après toi en ze won. Dat weet ik nog heel goed. In mijn pyjamaatje zag ik mijn vader verliefd worden. Later speelde ik Après toi op mijn accordeon en begon ik van Vicky te dromen. Ik hoopte Vicky tijdens het programma nog een keer te zien, maar ze was niet uitgenodigd. Lenny Kuhr, Sandra Kim en Björn van Abba wel. Gelukkig was daar Chantal Janzen nog, met haar gulle lach en één bloot been. Ik kan niet wachten tot volgend jaar.

Ruzie

Een beetje goed ruzie maken, dat valt nog niet mee. Ik weet niet hoe het u vergaat, maar mij lukt het niet zo goed. Voor een goede pot ruzie moet je in de politiek zijn. Daar kunnen ze er een houtje van. In een Kamerdebat is dat logisch. Gelukkig is er dan een voorzitter die als scheidsrechter fungeert. Maar ruzie wordt pas echt ruzie als de voorzitter zelf mee gaat doen. De afgelopen week hebben we een paar mooie voorbeelden voorgeschoteld gekregen. Geert Dales heeft het bij 50 Plus voor elkaar. Het is één grote bende. Zijn maatje Henk Krol, vertelt lachend voor de camera’s dat hij helemaal geen ruzie wil, maar dat hij toch maar uit de partij stapt en voor zichzelf gaat beginnen. Hij blijft natuurlijk wel lekker in de Tweede Kamer zitten. Anders kom je niet meer met je kop televisie. De partijvoorzitter van Denk, Selçuk Öztürk, kan er ook wat van. Hij heeft mot met Tunahan Kuzu en flikkert Farid Azarkan uit de partij. Farid weet wel raad met de fratsen van de voorzitter en plaatst een filmpje op  YouTube. Op vriendelijke toon noemt hij zijn rivaal “ouwe boef  van me”, om hem vervolgens het advies te geven zelf zijn biezen te pakken. Hij eindigt zijn monoloog met “het ga je goed.” Ja, ja…

Wat kunnen we hier nu van leren? Blijf altijd vriendelijk. Ga er met gestrekt been in, maar doe het met een glimlach. Maak zoveel mogelijk mensen deelgenoot van de ruzie. Zeg je rivaal de waarheid en dreig met rechtszaken. Doe dat vooral niet in een persoonlijk gesprek, maar bij voorkeur via e-mailberichten met zoveel mogelijk mensen in de CC. De sociale media zijn ook uiterst geschikt. Een groot ego is wel een voorwaarde. Zonder, zal het u niet lukken om een knallende ruzie uit te vechten. Beschikt u over enige vorm van zelfrelativering, vergeet het dan maar. Krijgt u toch ruzie, praat het dan maar gewoon uit en laat het spektakel over aan de acteurs in Den Haag. Die zijn er veel beter in.

Dagdromen

Als er niet meer gevoetbald wordt, de Ronde van Italië niet doorgaat  en het stil is in Zandvoort. Als de concerten en festivals, waar je zo naar uitkeek, afgelast zijn en bovendien de pretparken en België de poort dicht houden. Wat doe dan? Dan ga je dagdromen. Een beetje mijmeren. Hoe zou de wereld er volgend jaar om deze tijd uitzien?

In Noord Korea bleek de grote leider na een paar maanden van onduidelijkheid toch bezweken aan het Corona virus. Hij was ook veel te zwaar. Dat heb je ervan. De deur staat nu op een kier. Het volk lijkt wat meer vrijheid te krijgen. De nieuwe leiders zoeken contact met de rest van de wereld.

Europa is zich bewust geworden van haar kwetsbaarheid. We moeten minder afhankelijk worden van China. Daar werd Xi Jinping niet zenuwachtig van. “Als jullie niet naar ons toe komen, dan komen wij toch gewoon naar jullie.” De helft van de Italiaanse, Servische en Hongaarse economie is inmiddels in handen van de Chinezen.

Joe Biden maakte in augustus bij CNN huilend zijn excuses voor al zijn seksuele escapades. Te laat. Donald Trump won met twee vingers in zijn neus de verkiezingsstrijd.

Dichter bij huis is voetbalclub SC Cambuur failliet gegaan. De club dacht met de grote jongens mee te mogen doen in de Eredivisie. Helaas. De KNVB besliste anders. Er vielen nog een paar kleine clubs om, maar Ajax, PSV en Feyenoord leven nog. Dick Advocaat wist Steven Berghuis en Louis Sinisterra te overtuigen om te blijven. Robert Bozenik ontpopte zich als een ware goalgetter. Na een moeizame start, zonder publiek, begon Feyenoord na de winterstop met een imposante inhaalrace en met nog drie wedstrijden te gaan, staan we gewoon bovenaan. Mijmeren moet wel leuk blijven.

Het mooiste bewaar ik altijd voor het laatst. Ook bij mijn dagdromen. Op 1 januari 2021 reed dan eindelijk die grote rode vrachtwagen van de Postcode loterij ons straatje binnen. Jammer dat we maar met 1 lot meespeelden, maar het is toch een mooi bedrag.

Koningsdag 2020

Het land is in de war. Koningsdag is Woningsdag geworden. Geen bandjes, geen kleedjes, geen biertje op straat. Jammer maar helaas. De vlag mag wel uit, met wimpel. Dan ziet er tenminste nog een beetje feestelijk uit. Bij één woning werd de vlag vanmorgen wel heel enthousiast gehesen. Huis ten Bosch. Daar was het voor het eerst in jaren echt gezellig aan de ontbijttafel. In december was er nog een flinke discussie. De meiden hadden er helemaal geen zin in. “Wie heeft er bedacht dat we naar Maastricht gaan? Weet je hoe laat we dan uit bed moeten? Gaan jullie maar alleen. Wij blijven thuis”, hadden Alexia en Ariane geroepen. “Als zij niet mee hoeven, dan ga ik ook niet”, voegde Amalia daar met tranen in haar ogen aan toe. “Vorig jaar heb ik ook lopen verrekken van de kou. Dat ga ik echt niet nog een keer doen. Ik heb er toch zeker niet voor gekozen om kroonprinses te worden?”

En toen kwam Corona. En toen werd alles anders. Toen mochten we ineens niets meer. Langzaam drong het door op het paleis. De vlag ging uit. Elke dag. En op 27 april nog het meest. De meiden konden gewoon tot acht uur blijven liggen. Om half negen een ontbijtje met cadeautjes en om tien uur even in een mooi jurkje naast pap gaan staan. Een beetje lief lachen in de camera en klaar! Het ging trouwens nog bijna mis. Dat zie je wel vaker als je de teugels een beetje laat vieren. De koning zelf had zich na de wekker nog even omgedraaid. In zijn ochtendjas zat hij aan het ontbijt. Haasje repje aankleden en toen de cameraman al klaarstond, riep Maxima ineens: “Je stropdas!” Shit. Te laat. Het Wilhelmus loopt al. Nou ja dan maar zo. Het was toch een mooi plaatje. De drie prinsessen, Maxima in haar huispak, en Willem zonder stropdas. Het werd een dag om nooit te vergeten.

Likes

Een van de bijverschijnselen van de wereldwijde pandemie is dat de creativiteit van de mens wordt aangewakkerd. Als je het geluk hebt nog niet aan de beademing te liggen en  je hebt bovendien een beroep waarvan ineens blijkt dat het minder belangrijk is dan je dacht, dan heb je tijd. Tijd waar je iets mee moet. Je kan achter een rollator rondjes gaan lopen door de tuin. Je kan bloemen uit gaan delen aan oude mensen en je kan ook met een hoogwerker een liedje zingen voor je oma. Het is wel belangrijk, dat je er een filmpje van maakt. Tijdens een pandemie met een lockdown moet je filmpjes delen via twitter, facebook of instagram. Je kan er geld mee ophalen, maar ook je ego.

Zelf vind ik mijn werk heel belangrijk, maar onze minister president denkt daar anders over. De Retail Manager wordt niet gekwalificeerd als vitaal beroep. Ik heb een weekje nodig gehad om deze teleurstelling te verwerken, maar uiteindelijk heb ik mijzelf bij elkaar geraapt. Met mijn creativiteit moet het toch mogelijk zijn om mijn ego weer een beetje op te krikken. Ook zonder pandemie is het al druk in mijn hoofd, kun je nagaan hoe het er nu aan toe gaat. Mijn vrouw wordt er zelfs moe van. Filmpjes maken lukt mij niet. Ik heb dat wel eens geprobeerd. Dat leek helemaal nergens op. Ik moet het hebben van mijn tekentalent en mijn gevoel voor humor. Geïnspireerd door Ab Osterhaus, de huisviroloog van het praatprogramma Op1, heb ik Ab Oosterhut bedacht. Regelmatig geeft mijn Ab tips aan de mensheid. Hij doet dat via twitter en facebook. De belangrijkste reden is het vergaren van likes, dat begrijpt u. De eerste tip gaf Ab op 20 maart. Het leverde zes facebookduimpjes op. Mijn lieve facebookvrienden weten wat ik nodig heb. Op twitter gaat dat heel anders. Nul hartjes kreeg ik op 20 maart. Pas bij de zevende tip van Ab had ik mijn eerste hartje te pakken. Gisteren heb ik de dertiende tip gepost. Toen ik om twaalf uur naar bed ging stond de twitterteller op vier hartjes. Vanmorgen werd ik wakker met acht hartjes en een retweet. Ik vraag mij af waar dit gaat eindigen.

vragen

Wanneer vieren we het? Op de dag zelf of toch in het weekend? Doen we dan de zaterdag of de zondag? De hele dag of alleen ’s avonds? Moeten we witte èn rode wijn in huis halen en hoeveel flessen dan? En moet er dan ook nog rosé bij? Er ligt nog een fles van vorig jaar in de kast. Maar kan je die dan nog schenken? Is één krat bier genoeg? De tuin moet wel schoon en aangeharkt zijn, want het kan best mooi weer worden. De hogedrukreiniger er nog een keer overheen? Hebben we genoeg stoelen? Wie nodigen we eigenlijk uit en wie niet? Allemaal vragen die ik afgelopen week niet hoefde te beantwoorden. U weet het: Corona.

Wie nodigen we uit en wie niet? Negenentwintig mensen en een uitvaartbegeleider, dat is niet veel. Hoe sober wordt de plechtigheid? Blijven er mensen eten? En waar dan? Wat moet er eigenlijk op de kaart? Tegenwoordig moet na afloop van de plechtigheid het leven toch gevierd worden? Met een goed glas wijn, whisky of gewoon met bier? Hoe dan? Al meer dan 2700 families hebben antwoorden moeten zoeken op deze vragen. Ik gelukkig niet. Voor zover ik weet zijn er nog geen besmettingen in mijn familie en vriendenkring. Mijn vrouw en ik voelen ons ook nog prima.

“Moet je die felicitaties nou allemaal beantwoorden of is een duimpje genoeg? Of kan je het ook in één keer doen met een berichtje aan het eind van de dag?” Dat waren de vragen waar ik wel antwoord op wilde hebben, afgelopen donderdag. Ik ben achtenvijftig jaar geworden. Op de kast staat één ansichtkaart. De rest staat op mijn telefoon. Dat heb je ervan als je ouder wordt. ’s Avonds heb ik mijn vrouw nog een vraag gesteld: Een wijntje of een Baileys? We hebben het leven gevierd, voordat het te laat is.

Niets te vertellen

Vier weken geleden was alles al gezegd en geschreven. Dat dacht ik tenminste. Ik blader nog eens door mijn krant, op zoek naar een onderwerp voor mijn praatje. Ik zat er volkomen naast.  Van de 28 pagina’s gaan er 20 over corona en de gevolgen daarvan. De overige zijn voor advertenties en de TV programmering. Alleen op pagina 16 lees ik dat ze in Limburg prima kunnen besturen met de PVV en Forum. Maar ik wil het niet over Limburg hebben en zeker niet over corona. Ik zou willen schrijven over de magistrale wijze waarop Feyenoord vandaag van Ajax gewonnen had, maar de klassieker ging niet door. Corona. Ik had willen schrijven over de dag waar we met z’n allen al een paar weken naar uitkijken. De dag die al de hele week aan het eind  van het Achtuurjournaal werd aangekondigd. Zondag 5 april zou het dan eindelijk zover zijn. Twintig graden: ROKJESDAG! De dag die Martin Bril ons geschonken heeft. De dag dat de meisjes hun benen weer mogen tonen. Maar de meisjes moeten binnen blijven. De enige blote vrouwenbenen die ik vandaag zag, waren die van mijn vrouw in ons zonnige tuintje. Prima benen hoor, daar niet van. Maar ik ken ze al een tijdje. Ze verrassen niet meer. Ik zou u nog kunnen vertellen dat ik stiekem mijn lieve schoonmoeder opgehaald heb, om even bij ons in de tuin een kopje koffie te drinken. Haar dochter, mijn vrouw, is morgen jarig. Mijn schoonmoeder is bijna 85. Ze mag haar flatje eigenlijk helemaal niet verlaten van de minister president. Ik ga dat dus maar niet aan de grote klok hangen. Voor je het weet staat de politie op de stoep. Ik had u willen vertellen over al die leuke vrienden die bij ons langskwamen om mijn vrouw alvast te feliciteren. Maar ze zijn niet gekomen. Wij vieren haar verjaardag niet. Corona hè. Ik denk dat ik deze week maar een keer oversla. Er is niets te vertellen. Gewoon even geen praatje deze week.